ORBIT vrijwilligster Tetty Rooze was in juni 2017 opnieuw in Griekenland. Ze schrijft een korte impressie over haar recent verblijf om en rond Hotel Roviès op het eiland Evia in de Egeïsche Zee, voor de oostkust van Attica.
Vluchtelingenhotel Roviès op Evia
Van de 500 vluchtelingen die in de afgelopen dertien maanden onderdak kregen in het Hotel in Roviès op Evia bereiden de laatste vier families hun vertrek voor. Ze zijn bezig met pakken en wachten op hun vertrekdatum, morgen of binnen enkele dagen. Ze vertrekken naar een appartementje in of rond Athene of reizen door naar een van de andere Europese staten in het kader van relocatie.
Een man laat z’n baard trimmen en zijn haar knippen voor hij naar Duitsland afreist. De vrouwen met en zonder hoofddoek zitten stilzwijgend aan de tafeltjes op het terras en reageren enkel op de spelende kinderen rondom hen. Gelukkig blijven kinderen, kinderen.
‘Every cloud has a silver lining’, Kinderen houden de hoop levend op normaal leven.
De wederkerige steun en inzet van de teamleden en de vluchtelingen van het eerste half jaar is verdwenen. Coördinator Andreas legt uit dat de eerste, vaak kleine, gezinnen vooral uit de steden kwamen. Ze waren graag bereid voor elkaar en anderen te tolken en mee de handen uit de mouwen te steken bij de verschillende activiteiten. Het feit dat zij geschoold waren, maakte het voor hen ook gemakkelijker om de informatie rond de procedure te volgen en hun planning daarop af te stellen. De vluchtelingen die de laatste maanden een onderdak krijgen in dit vluchtelingenhotel hebben daar veel meer moeite mee. De meesten komen van het platteland en kenden geen Europese taal om te communiceren en vragen te stellen. Verschillende hebben nog problemen vanwege traumatische ervaringen tijdens hun vlucht. De zorgen die ze hebben voor hun gezin, met vaak meerdere kinderen, wegen zwaar, het wachten duurt lang. Het eigen budget, dat ze tegenwoordig krijgen, maakt de integratie- en inburgeringsplannen individueler, terwijl zij eigenlijk een veel kwetsbaarder positie hebben dan de eerste gezinnen.
Salam een meisje van 11 jaar is samen met haar oudere broer die blind is en haar mentaal zwakke zus een van achtergebleven families in Roviès. Hun moeder woont in Zweden en heeft daar asiel gekregen. Haar jongste dochter mag in het kader van gezinshereniging over komen, maar de aanvraag voor de volwassen broer en zus is geweigerd, ook al zijn ze helemaal afhankelijk van hun zusje. Salam mag vertrekken en terug kind zijn, maar de verantwoordelijkheid die ze de afgelopen jaren op haar schouders draagt voor haar broer en zus, maakt de keuze ondraaglijk moeilijk. Ze blijft en begeleidt haar broer naar de winkel en legt geduldig opnieuw aan haar zus uit dat ze haar kleren moet inpakken omdat ze gaan vertrekken naar een appartementje bij Athene.
Het vluchtelingenhotel Roviès zou voor 1 juli sluiten. Het geplande feest van saamhorigheid als feestelijke afsluiting van Ramadan en de sluiting van het hotel gaat niet door. De vier resterende families raken het niet eens over hoe het te vieren en wie er uitgenodigd wordt. Hun hoofd staat op dit moment niet op ontmoeting en solidaire afstemming. Op de laatste avond van de Ramadan sluit iedereen zich op in zijn eigen kamer om het Suikerfeest (Eid al-Fitr) te vieren. Het lijkt Europa wel.
Andreas knapt het hotel in Roviès op. Ondertussen broedt hij op plannen om de integratie van vluchtelingen die in Griekenland asiel krijgen te versterken met een project rond landbouw en tewerkstelling. Juist voor degenen die het in een stedelijke context niet gaan halen, kan het opzetten van een agrarische coöperatieve misschien een oplossing bieden. Hij bespreekt met enkele vluchtelingen en begeleiders de mogelijkheden om op creatieve wijze die producten te verbouwen en te verwerken, waarvoor een nieuwe markt te vinden is.
Misschien is dit een idee om solidariteit over grenzen heen waar te maken.
Tetty Rooze contact: tetty@orbitvzw.be
______________________________________________________________________________
Ter info: veranderingen in het asielbeleid in Griekenland (uit de UNHCR Factsheet Greece May 2017)
Kleinschalige opvang en een eigen bankkaart
In het kader van het nieuwe opvangbeleid zijn de noodopvangkampen op het vaste land van Griekenland gesloten en probeert men ook alternatieven te zoeken voor de afgelegen opvangcentra via appartementjes dichterbij steden. Zo hebben mensen meer kans op werk en kunnen kinderen gemakkelijker scholen vinden waar hun school loopbaan terug kunnen oppakken of verder zetten. Iedere asielzoeker/vluchteling krijgt nu een budget betaalkaart en kan zijn eigen huishouding regelen. Ze besteden dit in de lokale economie die hiermee ook versterkt wordt, een positief punt voor de moeilijke economie in Griekenland. Het feit dat er niet langer gezamenlijk wordt gekookt door de gezinnen maar iedereen zijn eigen inkopen doet, maakt de gezinnen zelfredzamer zijn, maar betekent ook een beetje een breuk in de solidariteit en samenwerking onderling. Op dit moment ontvangen een 35.000 mensen zo’n budget. UNHCR zoekt samen met zijn partners zoals o.a. Solidarity Now en Safe the Children een alternatieve win-win oplossing voor de vluchtelingen waarvan vele nu in Griekenland zelf asiel aanvragen. In 2015 vroegen 13.195 mensen in Griekenland asiel aan, in 2016 waren dit al 51.092 asielaanvragen.
Bezuinigen door inkrimpen van de grootschalige kampen
Het is ook een bezuinigingsoperatie voor de opvang van de personen. Opvang in eigen kleinschalige appartementen (mei, 29.300 personen) blijkt goedkoper te zijn dan grootschalige kampen. In Thessaloníki is het budget met 70% meer dan gehalveerd, in Athene met 40%. UNHCR heeft dit jaar nog maar 13% (van de gevraagde 246 miljoen) ontvangen. Ze staan nog steeds in voor de vorming van medewerkers en de coördinatie van de hulp die door andere Ngo’s worden verleend op het vlak van psychosociale hulp en juridische hulpverlening. Extra ondersteuning gaat nu naar begeleiding en ondersteuning in de stedelijke context en de financiële hulpverlening.
Opvangcentra overbevolkt
Ondertussen raken de opvangcentra op de eilanden weer overbevolkt. De procedure voor de asielaanvraag neemt te lange tijd in beslag. In april kwamen er 1156 asielzoekers aan. in mei waren dat al 2.110 aankomsten over zee. Vluchtelingen in kwetsbare situaties, zoals minderjarigen, alleenstaande vrouwen en mensen met een andere geaardheid, lopen veel risico om slachtoffer te worden van geweld en vinden te weinig bescherming en begeleiding. Nog steeds is er een schrijnend gebrek aan aangepaste opvang voor bv. alleenstaande minderjarige vluchtelingen. Opnieuw komen kinderen in detentie terecht bij gebrek aan beter.
Relocatie: een teleurstelling
Het relocatieprogramma is een teleurstelling geworden zowel voor de asielzoekers als de Griekse vluchtelingenwerkers. Van de 160.000 personen die in aanmerking zouden komen (september 2015), hebben de verschillende Europese staten 24.352 plaatsen toegezegd (maart 2017). Ondertussen zijn sinds maart 2016 tot eind maart dit jaar 13.825 kunnen vertrekken. Eind september loopt het programma af. Men verwacht en hoopt dat in de laatste maanden nog een extra inspanning wordt gedaan. In mei vertrokken er 1.335 mensen in het kader van relocatie, ten opzichte van 607 gemiddeld per maand in 2016.